Er was eens een jongen, zo goedig en trouw
Tralalariere tralalala
Er was eens een jongen, zo goedig en trouw
Die veel van een meisje hield dat hem niet wou
Zij zei: ga naar huis toe en breng mij terstond
Tralalariere tralalala
Zij zei: ga naar huis toe en breng mij terstond
Het hart van je moeder en geef het mijn hond
Hij ging naar zijn moeder en heeft haar vermoord
Tralalariere tralalala
Hij ging naar zijn moeder en heeft haar vermoord
Toen nam hij haar hartje en vluchtte er mee voort
Blub blub blub blub blub blub
Maar hij struikelde en plofte voorover in het zand
Tralalariere tralalala
Herhaling, slow-motion
Maar hij struikelde en plofte voorover in het zand
Tralalariere tralalala
Maar hij struikelde en plofte voorover in het zand
En het hart van zijn moeder viel uit zijn hand
Blub blub blub blub blub
Terwijl daar het hartje zo neven hem leidt
Tralalariere tralalala
Terwijl daar het hartje zo neven hem leidt
Toen hoorde hij dat het hem zachtjes iets zei
Ja stil dan even
Nou zeg...
Al snikkend en stamelend vroeg het hem wat
Tralalariere tralalala
Al snikkend en stamelend vroeg het hem wat
Psst
Heb jij je niet zeer gedaan, innige schat
