- 1
Walter De Buck - 'd Haven Van Gent
- 2
Walter De Buck - 'k Ben Al Zo Lang Op Weg Geweest
- 3
Walter De Buck - 'k Zou Zo Gere Willen Leven
- 4
Walter De Buck - 't Es Al Van Macht
- 5
Walter De Buck - 't Es Al Zo Lank Geleden
- 6
Walter De Buck - 't Vliegerke
- 7
Walter De Buck - 't Vrijen
- 8
Walter De Buck - Ballerina Van de Zeeman
- 9
Walter De Buck - De Besten
- 10
Walter De Buck - De Controleurs
- 11
Walter De Buck - De Creativiteit
- 12
Walter De Buck - De Eenzame Moeder
- 13
Walter De Buck - De Grote Kuis
- 14
Walter De Buck - De Kloterijen
- 15
Walter De Buck - De Luchtballon
- 16
Walter De Buck - De Nieuwe Zondvloed
- 17
Walter De Buck - De Pater Klokkenluider
- 18
Walter De Buck - De Pompiers Van Ledeberg
- 19
Walter De Buck - De Poorte Van Den Hemel
- 20
Walter De Buck - De Realiteit
- 21
Walter De Buck - De Rivier
- 22
Walter De Buck - De Simpliest
- 23
Walter De Buck - De Spiegelkas
- 24
Walter De Buck - De Stier
- 25
Walter De Buck - De Tijd Van de Kersen
- 26
Walter De Buck - De Veugelmarkt
- 27
Walter De Buck - De Vier Getouwen
- 28
Walter De Buck - De Vijf Zintuigen
- 29
Walter De Buck - De Vischmerkt
- 30
Walter De Buck - De Visserkes Van de Leie
- 31
Walter De Buck - De Vissers Van Astene
- 32
Walter De Buck - De Volkszanger
- 33
Walter De Buck - De Volle Maan
- 34
Walter De Buck - De Wereld Rond
- 35
Walter De Buck - De Wirkman Betaald
- 36
Walter De Buck - De Zeeman
- 37
Walter De Buck - De Zeeman En Zijn Ankerke
- 38
Walter De Buck - Den Doender
- 39
Walter De Buck - Den Onderwereld
- 40
Walter De Buck - Domme Dingen
- 41
Walter De Buck - Duf, Duf, Duf
- 42
Walter De Buck - Emielke
- 43
Walter De Buck - Emigrantentango
- 44
Walter De Buck - Ge Zegt Dat Ge Mij Nodig Hebt
- 45
Walter De Buck - Gebed
- 46
Walter De Buck - Help Mij
- 47
Walter De Buck - Het Eigen Gelijk
- 48
Walter De Buck - Het Schoonste Gedacht
- 49
Walter De Buck - Ik Ben Zo Lang Op Weg Geweest
- 50
Walter De Buck - Klaaglied Van de Leie
- 51
Walter De Buck - Kleine Jan
- 52
Walter De Buck - Koevoet Es Beter Dan Boelie
- 53
Walter De Buck - Lied Van de Tv
- 54
Walter De Buck - Lied Van de Zee
- 55
Walter De Buck - Macht En Waarde
- 56
Walter De Buck - Mijn Loetse
- 57
Walter De Buck - Mijne Velo
- 58
Walter De Buck - Ode Aan Het Lied
- 59
Walter De Buck - Rosalie Mijnen Bon Amie
- 60
Walter De Buck - Samba Van de Verloren Tijd
- 61
Walter De Buck - Utopia
- 62
Walter De Buck - Vaar Mee
't Vrijen
Walter De Buck
Waarop eenieder zei, subiet:
Hij zoekt langs kant en hoeken,
En zijn gezang is juist en waar,
En altijd nieuw of 't riekt er naar,
'k Weet niet waar 't hij gaat zoeken,
k' Zou elken mensch,
Zo is mijn wensch,
Nog eens willen verblijden
Ben ik een kroet?
'k En weet 't niet goed?
Waarop ik weeral zingen moet,
'k Zal zingen over 't vrijen.
Wanneer een meid wordt zestien jaar,
Van tons af wordt z'al iets gevaar,
Van stoppen of van naaien,
Al is zij in het huisgezin,
Een heks, een echte duivelin,
Ne vrijer kan haar paaien.
Lest heel galant
Kroop zij in 't land,
Met hem in de parijen,
Haar moeder roef,
Kwam met de kloef.
Op haren donder was het troef,
Gaat tons in 't koren vrijen.
Op Carnaval is 't schoon om zien,
Hoe jongens dan hun liefde biën,
Op straat of in de zalen;
Daar noemen zij een meid ne schat,
Mijn lieven engel dit of dat,
Om 't schaap te overhalen.
Zo trok eens Free,
Zijn liefste mee,
En wijl z'haar liet verlijen,
Kwam er ne pin
En voor 't begin
Vlogen zij 't suikerlootje in,
Gaat dan in 't fort gaan vrijen.
Ja ieder jaar op de Gentsche feest,
Ziet men ook toeren om ter meest,
Dan is er ook veel leute,
Pier Geiregat van op het Sas
Die met een wijf aan 't praten was,
Kreeg van zijn vrouw een scheute,
En zie zijn wijf,
Sprong op heur lijf,
En sloeg haar in de keien,
Trok haar dan rond,
Door slijk en grond,
Ja zelfs den hond, beet in heur kont,
Ligt dan op straat te vrijen.
Ne metser ook ne wijvezot
Had een toerjuffer in de mot
Op eens kreeg hij zijn kuren.
Hoeveel is 't vroeg nu onzen Pier,
Een frankske sprak ze met plezier,
Als 't niet te lang moet duren.
De kater zat,
Rap op de kat,
En zij ging hem aan 't vlijen
En tons verblijd
Nam zij afscheid,
Maar hij was zijn horloge kwijt,
Gaat tons met juffers vrijen.
Dus 'k heb hier weeral zonder spot,
Getoond hoe 't mansvolk wordt bedot,
Met vreugde gaan te rapen:
'k Zeg vrij dat 't vrouwvolk ons verdomd,
Waardoor dat men in d'armoe komt,
Zij laten ons niet slapen
Spreekt gij van niet,
Ge zijt ne piet
Tons pronkt zij op haar zije,
Doet gij uw best
Ge krijgt op 't lest,
Ne colossale kindernest
En frit dan maar kasseien.